Monthly Archives: April 2005

nest 2000

Ona allereerste nest kregen we in 2000, op 23 oktober van Ch. Llandar Halcyon Daze en Brown glossy fur’s Chelsea.
Het werden drie katers en een poesje en ze kregen, hoe kan het anders, Italiaanse namen. Chiara, Lupo, Fiero en Giotto.

nest 2001

Geboren 4 december 2001, uit Ch. Llandar Halcyon Daze en Brown glossy Fur’s Chelsea.
Het nest bestond uit vijf kittens, die we Spaanse namen gaven. Helaas stierf een kitten binnen enkele dagen, Lucita.
De overige kittens, Mercé (poes) en de katers Miró, Dalí en Gaudí groeiden voorspoedig op. Twee kittens zijn gemarmerd en twee blauwe gespotte bengaaltjes.

namen

Nest 14 juli 2003, drie katers van Ch. Gogees Tomahawk of Brockenmoor en Int. Ch. Brockenmoor Enchantress.
We hebben lang nagedacht over de namen, we blijven ze niet 13 weken lang kater 1, kater 2 en kater 3 noemen..als je aan hun geboortedatum 14 juli denkt komt Liberté, Fraternité en Egalité in je gedachten …maar dat klinkt niet zo lekker….. Mooie Italiaanse namen dan?….tenslotte: Tutte le belle cose sono tre (Alle goede dingen bestaan in drieën) Maar daar stelden onze zonen weer de volgende zin uit een Xbox spel tegenover: Dangerous alone, deadly together! Dit vonden wij wel passen bij onze ervaringen met de slimme, levendige, aandachtvragende en overal-willen-bijzijn karaktertjes van deze speciale leden van het kattenras!

Dus worden de katertjes hier thuis (en misschien wel in hun verdere leven) genoemd:

BLINX, FLINT en SINDER

(voor de niet insiders: allemaal figuren uit Xbox spellen!)

Chandra en Tommy
vader: Gogees Tomahawk of Brockenmoor

Sinder

Sinder is een kitten van Ch. Gogees Tomahawk of Brockenmoor en Int. ch. Brockenmoor Enchantress.
Hij is geboren op 14 juli 2003.
We zijn voor de dekking dus meerdere malen naar de Brockenmoor cattery gereden, met als resultaat Blinx, Flint en Sinder.
Sinder woont in Amsterdam en soms in Italie en is goede maatjes met de hond.

Vidar

Vidar Fire (Flint) is een kitten van Ch. Gogees Tomahawk of Brockenmoor en Int. ch. Brockenmoor Enchantress.
Hij is geboren op 14 juli 2003.
We zijn voor de dekking dus meerdere malen naar de Brockenmoor cattery gereden, met als resultaat Blinx, Flint en Sinder.
Vidar wont in Leeuwarden, samen met een andere Dolce e Macchiato kater, de blauwe bengaal Ice Odin (Miro)
Vidar
Vidar
Vidar
Vidar, foto Sandra Korb
Vidar, foto Sandra Korb
Vidar, foto Sandra Korb
Vidar en Ice zijn de sterren in de kunstfoto’s van hun eigenaar Sandra Korb. Kijkt u eens op haar site:Art Photography featuring Ice Odin and Vidar Fire

Vidar en Ice zijn de sterren in de kunstfoto’s van hun eigenaar Sandra Korb. Kijkt u eens op haar site:Art Photography featuring Ice Odin and Vidar Fire
Vidar op een favoriete slaapplek, de verwarmingsketel….

Blinx

Blinx is een kitten van Ch. Gogees Tomahawk of Brockenmoor en Int. ch. Brockenmoor Enchantress.
Blinx is geboren op 14 juli 2003.
We zijn voor de dekking dus meerdere malen naar de Brockenmoor cattery gereden, met als resultaat Blinx, Flint en Sinder.Blinx is daarna terug gegaan naar Duitsland in ruil voor de dekking.
Na een lange wachttijd ivm de rabiesinjecties, is hij in januari 2005 in Noorwegen bij de Chetilas cattery gekomen, waar hij als dekkater ingezet wordt.
Blinx is een prachtige kater met een geweldig lief karakter.
“You have done a great job with him, we know it’s takes a lot of time playing and caring for the kittens from they are newborn.”
Een artikel in het Noors over de kostbare quarantaine:
Kostbar karantene

Blinx foto Chetila’s
Blinx en Hilde van Chetila’s cattery in Noorwegen

Rome

De Rome studiereis 11 t/m 17 april 2005
Een kleine selectie uit de foto’s
de Tiber
Via della Gatta, genoemd naar het marmeren beeldje van een kat op het Palazzo Grazioli
Het Pantheon
San Carlo alle Quattro Fontane
Rome is Rome niet zonder de katten, levend tussen de ruines.
Ik heb een bezoek gebracht aan de Largo di Torre Argentina, een plek waar de zwerfkatten opgevangen en verzorgd worden.
Palazzo Massimo alle Terme
Galleria Borghese
Caravaggio
Het capitool
Colosseum en de boog van Constantijn
huis van de Vestaalse maagden
Opvoering van het Stabat Mater van Pergolesi in de Chiesa San Lorenzo in Lucina
Monastero di S. Benedetto
Licensa, bij de Villa van Horatius
Santa Maria in Trastevere

Mail uit Frankrijk april 2005

Wij beleven hier drukke tijden en worden bovendien regelmatig van onze nachtrust beroofd door de 3 piep’linen, onze piepende katten.

Zaterdag aan het eind van de middag kwam Pipeline aangestrompeld, weer eens helemaal verstijfd na het gevecht dat ik ‘s morgens vroeg in de verte hoorde. De voorgaande nachten werd ik al een paar keer wakker door het gegrom van de op ons bed liggende poezenbeesten. Gevieren stormen we dan naar buiten, ik voorop, Kleintje blijft altijd een voetlengte achter me en Pipeline en Leon komen niet verder dan de stoep, waar ze veilig blijven wachten hoe het gevecht zich verder zal ontplooien. Maar er ontplooit zich niets en meestal zien we nog net een donkere poezenschaduw in de verte verdwijnen. Groot is hun bewondering als we even later weer ongeschonden terugkomen. Waarna ik weer naast Ellis, die door elk gevaar heen slaapt en niets gemerkt heeft, kruip. Voor mij is het een altijd weer leuk spelletje.
Maar de nacht erop was er iets anders aan de hand, zelfs Ellis werd wakker en dacht dat er iemand door het huis liep. Gebonk en gekras, en nog wel in háár werkkamer. Niet helemaal gerust ging ik kijken. Het bleken Leon en Kleintje die ergens omheen sprongen, een vroege slang? Ik was laf, wilde het niet weten, krabde mezelf eens en ging terug naar bed. Toen klonk er opeens een akelige gil. Onvervaard weer terug, er waren geen smoesjes meer mogelijk er moest opgetreden worden, licht aan en: een steenuiltje, dat door mijn komst nog meer in paniek raakte en tegen het raam vloog. De trotse poezen waren stomverontwaardigd toen ik ze de kamer uit-bonjourde. Zo’n mooi uiltje en ze mochten er niet eens mee spelen!
Gauw het raam opengezet, het uiltje was ondertussen op de oude marmeren schoorsteen gaan zitten en keek me bijna oplettend aan. Ik zou zelfs kunnen fantaseren dat we even contact hadden. Ooit had ik een poes die, als ik haar toeriep dat ze iets niets mocht, als een blok bleef zitten, me aankijkend en wachtend door ik haar aan het verstand had gebracht wàt ze niet mocht. Die blik was het. Het was of ze ergens op wachtte. “Ga maar” zei ik en bijna als vanzelfsprekend vloog ze met lange vleugelslagen het raam uit. M’n stomme verbazing kwam pas later.
De volgende ochtend vond ik een borstveertje bij het kattenluik, er brandde die nacht een lamp die anders uit was op het erf. Misschien was het uiltje verblind en zag de opspringende kat, ongetwijfeld Kleintje, niet toen het in het lamplicht insecten aan het vangen was.

Groeten
Ellis en Fré